CPU-hotplugging is de mogelijkheid om CPU-cores dynamisch toe te voegen (hot-add) of te verwijderen (hot-remove) aan een draaiend besturingssysteem, zoals een server of virtuele machine, zonder deze te hoeven afsluiten of opnieuw op te starten.
CPU-hotplugging maakt on-demand schalen van de processor van een server mogelijk. Gaat tijdelijk de CPU-load van je server rap omhoog, bijvoorbeeld door grote vraag van een applicatie die je host? Je kunt dan zonder herstart meer resources toevoegen om aan die vraag te voldoen. Downtime tijdens upgrades of piekbelasting wordt zo voorkomen.
CPU-hotplugging gebruiken
Het is mogelijk om gebruik te maken van CPU-hotplugging op ons VPS-platform onder enkele voorwaarden:
- Hotplugging is enkel mogelijk wanneer je via een add-on één of meer CPU-cores toegevoegt, niet bij een aanpassing van het type VPS (hierbij wordt ook meer geheugen toegekend en wordt de VPS automatisch herstart).
- De VPS moet aangemaakt, of herstart zijn via de reset-knop in het controlepaneel op of na 20 juni 2025.
- Het live toevoegen van CPU-cores is enkel mogelijk in Windows Server 2022 of nieuwer en Linux-distributies.
- Het live verwijderen van CPU-cores is enkel mogelijk in Linux-distributies.
In alle andere scenario's wordt je server automatisch herstart op het moment dat je een CPU add-on bestelt of opzegt.
Voor Windows Server zijn geen verdere handelingen vereist. In Linux-distributies is een aanvullende handeling nodig. Je kunt hiervoor een udev-regel aanmaken die automatisch toegepast wordt (udev is een apparaatbeheerder voor Linux), of de nieuwe CPU handmatig ‘online’ zetten.
Een udev hotplug-regel maken
Door eenmalig een specifieke udev-regel aan te maken, worden met hotplugging toegevoegde CPU-cores automatisch herkend door je besturingssysteem en online gezet.
Stap 1
Maak een bestand aan in de /etc/udev/rules.d/ folder waar je de udev-regel in opneemt, bijvoorbeeld:
sudo nano /etc/udev/rules.d/99-cpu-hotplug.rules
Stap 2
Geef het bestand de volgende inhoud:
ACTION=="add", SUBSYSTEM=="cpu", ATTR{online}=="0", ATTR{online}="1"Sla de wijzigingen op en sluit het bestand (ctrl + x > y > enter).
Respectievelijk wordt deze regel toegepast wanneer een ‘add’ actie wordt uitgevoerd voor een ‘cpu’, waarbij online het ‘online’ (sysfs)-attribuut op 1 wordt gezet indien de huidige waarde 0 is.
Stap 3
Herlaad de udev-regels om de wijziging te verwerken:
sudo udevadm control --reloadHeb je één of meer CPU add-ons toegevoegd voor je deze stappen doorliep? Voer dan ook het volgende commando uit om de CPU-cores te activeren:
sudo udevadm trigger --subsystem-match=cpu --action=addCPU-cores die je als add-on toevoegt worden nu voortaan automatisch online geplaatst in je Linux-distributie.
Handmatig een nieuwe CPU online zetten
Je kunt een CPU die via hotplugging is toegevoegd ook handmatig online zetten. Let wel dat deze actie, in tegenstelling tot het gebruik van een udev-regel, iedere keer vereist is wanneer je een CPU als add-on toegevoegt.
ls /sys/devices/system/cpu/cpu0 cpufreq crash_hotplug hotplug kernel_max nohz_full online power smt vulnerabilities
cpu1 cpuidle enabled isolated modalias offline possible present uevent- Heb je al één of meer CPU add-ons toegevoegd? Dan zijn de hoogste CPU-nummers de IDs die je nodig hebt. Stel dat in dit voorbeeld de server een enkele CPU tot zijn beschikking had en je één CPU-core toegevoegt, dan is cpu0 de originele CPU en cpu1 de nieuw toegevoegde CPU.
- Voeg je na het uitvoeren van dit commando een CPU add-on toe aan je server? Dan zou de volgende CPU in het voorbeeld hierover het nummer cpu2 krijgen.
echo 1 | sudo tee /sys/devices/system/cpu/cpu<id>/online