In dit artikel leggen we uit hoe je een NS-record instelt binnen de DNS instellingen van je domeinnaam.
NS staat voor nameserver en stelt je in staat om voor subdomeinen aparte nameservers te gebruiken dan de nameservers van je root domeinnaam.
Waar voeg ik een NS-record toe?
DNS-records voeg je eenvoudig en kosteloos toe via je controlepaneel. Ga hier naar het tabblad 'Domein & Hosting' en klik in de linkerkolom op het domein waar je het NS-record voor wilt instellen (niet aanvinken).
Scrol nu naar 'Geavanceerd Domeinbeheer', gevolgd door 'DNS'. Zie je dit nog niet terug, zet dan eerst de schakelaar om achter 'TransIP instellingen'. Je ziet daarna een overzicht terug van jouw DNS-records, die je vervolgens naar wens kan aanpassen.
Hoe stel ik een NS-record in?
Zoals vermeld, gebruik je een NS-record om een subdomein van andere nameservers te voorzien dan de nameservers die je voor je root domein gebruikt.
In het bovenstaande voorbeeld gebruiken we onze eigen nameservers voor ons subdomein 'forum.site-voorbeeld.nl'.
Naam
Een NS-record stel je in door met de naam te beginnen. Hier geef je op voor welk subdomein het NS-record moet werken. Een NS-record kun je alleen instellen voor een subdomein.
- Om een NS-record voor een subdomein in te stellen, vul je alleen het subdomein in het 'Naam'-veld in.
- Onze DNS-software voegt dan het root domein automatisch op de achtergrond aan het subdomein toe.
TTL
De 'TTL' van een DNS-record bepaalt hoe lang het record in de cache mag blijven staan. Wij raden aan om de TTL laag te houden, bijvoorbeeld op 5 minuten.
Type
Omdat je een NS-record wilt instellen, kies je onder 'Type' voor 'NS'.
Waarde
Als 'Waarde' van een NS-record vul je de nameserver in die je voor het subdomein wilt gebruiken. In ons geval is dit ns1.voorbeeldserver.nl.
De waarde sluit je af met een punt, ook wel de 'trailing dot' genoemd. De trailing dot zorgt ervoor dat onze DNS software niet ook nog eens jouw domeinnaam achter de waarde plaatst.
Na het toevoegen van het NS-record, kun je de DNS voor het subdomein beheren binnen de configuratie van de nameservers die je hebt ingevoerd.
- Wij leveren geen inhoudelijke ondersteuning op de configuratie van eigen nameservers. Mocht je hier vragen over hebben, dan raden we je aan om de online documentatie van je nameserver-software te raadplegen.
- Het is niet nodig om voor subdomeinen een NS-record met de TransIP nameservers toe te voegen. De TransIP nameservers gelden voor alle DNS records die je in je controlepaneel instelt, met uitzondering van subdomeinen die specifiek een NS-record gebruiken.
- Wanneer je met NS-records een subdomein naar externe nameservers verwijst én wilt dat dit subdomein met DNSSEC beveiligd is, dan heb je ook een DS-record nodig voor dat subdomein. Zie voor meer informatie over DS-records het volgende artikel: Een DS-record instellen.
In dit artikel hebben we uitgelegd hoe je een NS-record toevoegt voor een subdomein.
Mocht je aan de hand van dit artikel nog vragen hebben, aarzel dan niet om onze supportafdeling te benaderen. Je kunt hen bereiken via de knop 'Neem contact op' aan de onderzijde van deze pagina.